De staatssecretaris van Onderwijs heeft een vereenvoudigd bekostigingsmodel voor het voortgezet onderwijs voor ogen. Hij vroeg de Onderwijsraad hoe – gegeven dit model – voldoende diversiteit in het onderwijsaanbod en met name een dekkend aanbod van vmbo techniek behouden kunnen blijven. Naast het advies om het model beter aan te laten sluiten bij reële kosten, stelt de Onderwijsraad ook dat regionale samenwerking tussen scholen en besturen essentieel is om een dekkend onderwijsaanbod in stand te houden.
Dekkend onderwijsaanbod sterk afhankelijk van samenwerking
De Onderwijsraad vindt een dekkend aanbod van schoolsoorten en profielen een belangrijke overheidstaak en een publieke verantwoordelijkheid van schoolbesturen. Tegelijkertijd kunnen pluriformiteit en keuzevrijheid niet overal volledig behouden worden. Het is in de eerste plaats aan schoolbesturen om door het maken van scherpe keuzes en door samenwerking met elkaar en met het mbo en het bedrijfsleven een dekkend aanbod in stand te houden. Overheden kunnen die samenwerking en afstemming stimuleren en ondersteunen. Waar dit geen uitweg biedt, dient de overheid weloverwogen uitzonderingen en maatwerkoplossingen mogelijk te maken.
Geen kleinescholentoeslag voor het voortgezet onderwijs
Leerlingenaantallen blijven de komende jaren dalen. Juist in dunbevolkte gebieden waar voornamelijk kleine scholen zijn, kan een dekkend onderwijsaanbod in gevaar komen. De Onderwijsraad adviseert echter geen kleinescholentoeslag in te voeren voor het voortgezet onderwijs. Vanwege de voorgestelde vaste voet per vestiging ontvangt een school met minder leerlingen al een hoger bedrag per leerling. Een aanvullende toeslag voor kleine scholen zou de verschillen in bekostiging per leerling nog verder doen toenemen. Daarnaast zou een kleinescholentoeslag ook gelden in regio’s waar het open houden van kleine scholen niet nodig is om een dekkend onderwijsaanbod overeind te houden. Tot slot neemt een kleinescholentoeslag ook de drijfveer om samenwerking te zoeken weg.
Aansluiten bij reële kosten nodig
Het totaalbedrag dat verdeeld wordt over scholen blijft in het vereenvoudigde model gelijk. Op individueel niveau kunnen echter met name brede scholengemeenschappen en kleine scholen als structurele verliezers uit de bus komen. Het vereenvoudigde model maakt verder onvoldoende onderscheid tussen schoolsoorten en profielen, ondanks verschillen in kosten. Dit kan scholen ertoe aanzetten om dure profielen niet meer aan te bieden. Een voldoende aanbod van het beroepsgerichte onderwijs, en met name vmbo techniek, komt hierdoor in gevaar. Daarom adviseert de Onderwijsraad om het vereenvoudigde model beter aan te laten sluiten bij reële kostenverschillen tussen schoolsoorten en profielen.
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst