Om meer maatwerk te kunnen leveren en een evenwichtiger arbeidsvoorwaardenpakket te kunnen samenstellen, is de PO-Raad er voorstander van dat over alle arbeidsvoorwaarden zo snel mogelijk op decentraal niveau onderhandeld kan worden. Op donderdag 29 september sprak de Tweede Kamer over het wetsvoorstel Volledige decentralisatie arbeidsvoorwaarden. Daarin wordt geregeld dat de werkgeversorganisatie in het primair onderwijs met de werknemersorganisaties onderhandelt over het hele pakket van arbeidsvoorwaarden (primair en secundair). In andere onderwijssectoren heeft deze decentralisatie al eerder plaatsgevonden. Het ziet er naar uit dat er in de Kamer voldoende draagvlak is voor dit wetsvoorstel. Dinsdag 4 oktober vindt de stemming hierover plaats.
Momenteel wordt over de salarissen nog tussen bonden en het ministerie onderhandeld. Daarbij staan de werkgevers, die wel verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van het personeelsbeleid, buitenspel.De coalitiepartijen VVD en CDA hebben zich uitgesproken vóór het principe van volledige decentralisatie. SP en PVV hebben aangegeven dat zij te weinig vertrouwen hebben in de werkgevers, om hen over de salarissen te laten onderhandelen. Ook werd gesuggereerd dat, bij volledige decentralisatie, de overheidzijn mogelijkheid uit handen geeft om invloed uit te oefenen op de kwaliteit van het onderwijs. Dit werd echter snel weerlegd: de overheid blijft verantwoordelijk voor de bekostiging en het toezicht op de kwaliteit van het onderwijs.
Het Kamerlid Dijsselbloem (PvdA) heeft, gesteund door Van der Ham (D66) een motie ingediend waarin wordt gevraagd om de feitelijke inwerkingtreding van de decentralisatie van de arbeidsvoorwaarden in het primair onderwijs pas door te voeren wanneer er weer loonruimte is voor de leraren. De PvdA zal het wetsvoorstel tot doordecentralisatie steunen als deze motie wordt aangenomen. Staatssecretaris Zijlstra (VVD) gaf in de beantwoording van de vragen aan dat in het regeerakkoord ruimte is om na 2011 weer over de salarissen te onderhandelen en dat de nullijn alleen voor 2010 en 2011 was vastgelegd.
In tegenstelling tot wat CDA-onderwijswoordvoerster Ferrier suggereerde is er voor de PO-Raad geen reden om langer te wachten met de feitelijke inwerkingtreding. De PO-Raad ziet de werkgeversverantwoordelijkheid als één van haar hoofdtaken. Daarbij past een integrale verantwoordelijkheid voor de CAOnamens de schoolbesturen. Wel stelt de PO-Raad voorwaarden aan de feitelijke inwerkingtreding, maar deze voorwaarden zijn op te nemen in het decentralisatieconvenant dat met OCW en de bonden moet worden gesloten. De gesprekken hierover kunnen wat betreft de PO-Raad zo snel mogelijk worden hervat.
De PO-Raad ziet het aannemen van het wetsvoorstel en de motie Dijsselbloem als een steun in de rug: een erkenning van de inzet van de PO-Raad sinds oprichting drie en een half jaar geleden.
Voor meer informatie lees de tekst van het debat van 29 september
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst