Begin april schreef een groot aantal grote schoolbesturen een gezamenlijke brief aan het bestuur van het Vervangingsfonds. Het initiatief tot de brief werd genomen door de arbeidsvoorwaardencommissie van de PO-Raad. In de brief werd aangegeven dat schoolbesturen graag eigen-risicodrager worden voor de vervangingskosten en daarom streven naar afschaffing van de verplichte aansluiting. In reactie op de modernisering van het reglement van het VF die grote schoolbesturen de mogelijkheid biedt om het risico voor de ziektevervangingen ten dele zelf te gaan dragen gaven deze schoolbesturen aan dat zij het eigen-risicodragerschap onder de aangegeven condities niet aanvaardbaar vinden. De redenen hiervoor zijn dat de gecommuniceerde resterende premie te hoog leek te zijn, er een hybride systeem ontstaat dat schoolbesturen nog weinig ruimte laat en dat een monitor moet worden gevuld wat een administratieve belasting is voor scholen en schoolbesturen.
Het bestuur van het VF heeft naar aanleiding van deze brief begin april besloten de premiehoogte uitgebreid te onderzoeken en daartoe een commissie van deskundigen in te stellen.
Op 12 mei jl. heeft het bestuur van het VF de premie voor grote schoolbesturen vastgesteld. De premie is vastgesteld op 2,96%. Dat is een procentpunt lager dan de premie zoals eerder gemeld (3,96%).
Tevens is besloten de grote schoolbesturen wat extra tijd te geven voor de besluitvorming. Als schoolbesturen op 1 augustus van dit jaar willen beginnen met eigen-risicodragerschap dan kan dat, maar als er meer tijd nodig is voor de besluitvorming kan ook nog voor 1 oktober 2011 worden besloten te beginnen op 1 januari 2012. Dit betekent overigens dat schoolbesturen allemaal gevraagd wordt te reageren op de brief van het VF, óók de schoolbesturen die eigen-risicodrager willen worden.
Op de andere twee bezwaren die de grote schoolbesturen hebben genoemd in hun brief, is geen wijziging van de modernisering gekomen.
De PO-Raad stelt verheugd vast dat de brief die de meerderheid van de grote schoolbesturen schreef aan het VF een positief effect heeft gehad. Er is serieus bekeken of de premiehoogte wel juist was berekend en de premie aangepast toen dat op grond van die beschouwing noodzakelijk bleek. De PO-Raad denkt dat met deze lagere premie de mogelijkheid voor grote schoolbesturen om het risico van de ziektevervangingen voor de eerste 52 weken van ziekte zelf te dragen reëler is geworden. Tegelijkertijd betreuren we dat er kennelijk geen ruimte is geweest om ook iets doen aan een verdergaande vorm van modernisering of de monitoring. Of met de aanpassing van de premie de modernisering van het reglement nu wel aantrekkelijk is, dat bepaalt ieder schoolbestuur natuurlijk zelf.
En ten slotte blijft overeind dat de PO-Raad van mening is dat verplichte aansluiting bij het vervangingsfonds niet passend is bij lumpsumbekostiging en niet stimulerend is om actief aan preventief ziekteverzuimbeleid te doen. We zijn dan ook verheugd dat de minister de eerste stappen heeft gezet in de richting van afschaffing van de verplichte aansluiting. Natuurlijk zullen we daarbij goed in de gaten houden wat afschaffing van deze verplichte aansluiting betekent voor de risicos die kleinere schoolbesturen tegenkomen. Indien nodig zullen we voorstellen ontwikkelen die deze risicos beheersbaar maken zonder dat we de beleidsvrijheid van deze schoolbesturen daarbij weer beperken.
Lees ook: Schoolbesturen vragen om heroverweging modernisering Vervangingsfonds
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst