Scholen in het PO en SO besteden steeds meer aandacht aan goed taal- en rekenenonderwijs. De inspanningen van scholen zijn bovendien terug te zien in de leerlingprestaties: de taal- en rekenprestaties in het basisonderwijs zijn licht gestegen Dit blijkt uit de voortgangsrapportage 'Implementatie referentiekader taal en rekenen', die op 19 december 2012 door staatssecretaris Dekker naar de Kamer is gestuurd.
Volgens de voortgangsrapportage wordt aangegeven dat het voornaamste knelpunt met betrekking tot de referentieniveaus in het PO en SO ligt in de onduidelijkheid bij scholen hoe zij concreet met de referentieniveaus aan de slag moeten gaan. Eerder al heeft de PO-Raad benadrukt dat niet alleen in groep 8 door middel van toetsing de prestatie van leerlingen ten opzichte van de referentieniveaus moet kunnen worden bepaald en overgedragen aan het voortgezet onderwijs. Ook zouden de referentieniveaus gekoppeld moeten worden aan tussentijdse toetsen zodat leerkrachten gedurende de schoolloopbaan kunnen nagaan of leerlingen 'op koers liggen' dan wel of er aanpassingen in het onderwijsleerproces noodzakelijk zijn in relatie tot het eind groep 8 gewenste niveau. Daarnaast moeten de methoden worden afgestemd op de referentieniveaus. De PO-Raad is verheugd dat beide punten aandacht krijgen in de voortgangsrapportage en zal spoedige realisatie hiervan blijven benadrukken. Overigens wordt er in de voortgangsrapportage m.b.t. de toetsing opgemerkt dat het uitgangspunt is dat de scholen vanaf 2015 gebruik kunnen maken van toetsen die de prestatie t.o.v. de referentieniveaus in kaart brengen. Voor de toetsing in groep 8 wordt hierbij gerefereerd aan de voornemens voor de invoering van een centrale eindtoets zoals voorgesteld in het wetsvoorstel Toetsing in het PO.
Trefwoorden:
Referentieniveaus, Taal en rekenen, Onderwijskwaliteit
Relevante bestanden: Kamerbrief met de voortgangsrapportage Implementatie referentiekader taal en rekenen
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst