De daling van het aantal voortijdig schoolverlaters zet door. Het aantal jongeren in het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs dat vorig schooljaar voortijdig de schoolbanken verliet daalde met 1200 naar 24.451. Daarbij wisten vooral mbo-scholen veel voortgang te boeken. De uitval daalde daar naar 5%. Dat maakte minister Jet Bussemaker (Onderwijs) vandaag bekend. Het Hoornbeeck College boekte van alle ROC’s het beste resultaat. Bij de mbo-instelling gingen door een stevige verzuimaanpak het afgelopen jaar 37% minder jongeren voortijdig van school, het uitvalpercentage daalde naar 1,3%. Op plaats 2 en 3 staan het ROC Kop van Noord-Holland (-34%) en het ROC Friesland College (-24%). Het ROC Drenthe College en het Groningse Alfa College en sluiten ‘de top 5 best presterende ROC’s’ af met allebei een daling van 18% minder voortijdig schoolverlaters.
Compliment van minister aan scholen en gemeenten
Minister Jet Bussemaker is erg te spreken over de daling van het aantal jongeren dat vorig schooljaar voortijdig de schoolbanken verliet. Opvallend daarbij is dat de grootste daling te vinden is onder de groep jongeren die ouder is dan 18 jaar. “Een groot compliment aan scholen, wethouders en leerplichtambtenaren. Het is erg goed dat meer jongeren met succes hun opleiding afronden en daardoor een beter toekomstperspectief hebben. Toch geldt dit helaas nog niet voor alle jongeren. Dat brengt hen vaak in een kwetsbare positie, niet alleen op de arbeidsmarkt maar vooral ook in de samenleving. We zien dat veel van deze jongeren vatbaarder zijn om op het criminele pad te belanden of bijvoorbeeld met drugs in aanraking te komen. We moeten daarom alles op alles zetten om te voorkomen dat deze jongeren buiten de boot vallen. Ik blijf er daarom op hameren; elke jongere die zonder diploma de school verlaat is en blijft er echt één teveel."
Daling aantal schoolverlaters in vier grote steden
Ook in de vier grote steden gingen minder jongeren voortijdig van school. In Utrecht daalde dat aantal met een kwart. Rotterdam volgt met een daling van 14% minder schoolverlaters. Amsterdam wist 11% meer jongeren in de schoolbanken te houden, op de voet gevolgd door de stad Den Haag waar 10% minder jongeren van school gingen zonder startkwalificatie op zak.
Kabinetsdoelstelling gehaald
Gingen in het schooljaar 2001-2002 nog zo’n 71.000 jongeren voortijdig van school, zo’n veertien jaar later is dit aantal gedaald tot 24.451. Hiermee is de kabinetsdoelstelling van 25.000 vsv’ers in 2016 behaald.
Aanscherpen doelstelling
In Europees verband behoort Nederland tot de koplopers in het terugdringen van voortijdig schoolverlaten. Vergeleken met de 28 EU-lidstaten als geheel (11,2%) heeft Nederland een relatief laag percentage schooluitvallers (8,7%). Ondanks dit positieve resultaat wil Bussemaker niet achterover leunen. De bewindsvrouw scherpt de doelstelling verder aan tot maximaal 20.000 voortijdig schoolverlaters in 2021. ‘Scholen en gemeenten hebben afgelopen dertien jaar laten zien tot welk resultaat intensieve samenwerking kan leiden. Namelijk duizenden jongeren die met een beter toekomstperspectief van school gaan. Dat aantal moet verder omhoog, we moeten meer jongeren op het juiste spoor houden, zodat ook zij met een diploma op zak aan hun toekomst kunnen bouwen.”
Scholen worden financieel gestimuleerd om werk te maken van de aanpak van voortijdig schoolverlaten. ‘Scholen die geen werk maken van schooluitval, laten dus geld op de plank liggen dat ze in beter onderwijs kunnen investeren,’ aldus Bussemaker.
Definitie
Voortijdige schoolverlaters zijn jongeren die van school gaan zonder een diploma dat hen voldoende kansen biedt op de arbeidsmarkt (startkwalificatie). Dit is een diploma op het niveau van havo, vwo, mbo 2 of hoger. Jongeren tot achttien jaar hebben een kwalificatieplicht. Zij moeten onderwijs volgen totdat ze een startkwalificatie hebben behaald.
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst