De overspannen arbeidsmarkt biedt ongekende kansen voor mensen op zoek naar een baan. Zo ook voor jongeren die zijn afgestudeerd vlak voor of tijdens de coronacrisis. Zagen we voor de groep afstudeerders uit 2019 medio 2020 nog een flinke dip, inmiddels zijn de gemiddelde baankansen van starters op de arbeidsmarkt weer op of boven het niveau van voor corona. Desondanks profiteert niet iedereen van de huidige krappe arbeidsmarkt: De baankansen van jongeren zonder startkwalificatie, met maximaal een mbo-2-opleiding, met een migratieachtergrond of met gezondheidsbeperkingen zijn minder snel hersteld. Dat blijkt uit de studie “Een onverwacht valse start op de arbeidsmarkt” van SEO Economisch Onderzoek.
De coronacrisis heeft de kansenongelijkheid tussen groepen jongeren bij de overgang van het onderwijs naar de arbeidsmarkt vergroot. Gedurende vijftien maanden zijn jongeren die uitstroomden in het jaar voor het uitbreken van de coronacrisis (2019) en die uitstroomden tijdens de coronacrisis (2020) gevolgd en vergeleken met de groepen die afstudeerden in 2017 en 2018.
Daarbij werd duidelijk dat de verschillende lockdowns, maar vooral de eerste een effect hebben gehad op recent afgestudeerden: Een gebrek aan stages en vacatures, minder effectieve zoekstrategiëen en een gebrek aan mogelijkheden om fysiek te netwerken hadden hun weerslag op deze generatie afstudeerders. Uit de verdiepende interviews blijkt ook dat er behoefte is aan meer en betere ondersteuning bij de overgang van onderwijs naar de arbeidsmarkt.
Minder kansen
Uit het onderzoek blijkt dat niet iedereen profiteert van de huidige arbeidsmarkt. Juist kwetsbare groepen zoals jongeren zonder startkwalificatie, met maximaal een mbo-2-opleiding, met een niet-westerse migratieachtergrond of met mentale of lichamelijke gezondheidsbeperkingen hebben nu relatief minder kansen op de arbeidsmarkt dan voor de pandemie. Daarmee is de kansenongelijkheid op de arbeidsmarkt tussen groepen toegenomen. Zo is bijvoorbeeld het verschil in baankansen tussen jongeren met een mbo-2-bol-diploma en jongeren met een hbo- of wo-diploma met 4 procentpunt (afstudeerders in 2019) en 2,7 procentpunt (afstudeerders in 2020) toegenomen ten opzichte van afstudeerders in 2017.
Onder jongeren zonder startkwalificatie of met maximaal een mbo-bol-opleiding zien we een afname in de uitstroom van respectievelijk 22 duizend en 15 duizend jongeren. Tijdens de pandemie hebben zij studievertraging opgelopen of zijn zij gaan doorstuderen. De toekomst moet uitwijzen of jongeren die langer in het onderwijs blijven erin slagen om een diploma te behalen of dat zij de komende jaren alsnog voortijdig met hun opleiding stoppen.
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst