De hoge schoolkosten waren al een probleem voor veel gezinnen en door de toenemende armoede leidt dit tot grotere ongelijkheid. Onderwijs-, leerling- en ouderorganisaties sturen de Tweede Kamer een brief met het verzoek een einde te maken aan die ongelijkheid. Laptops en tablets voor school zouden kosteloos beschikbaar moeten zijn voor alle leerlingen en als het aan de ondergetekende organisaties ligt, wordt de vrijwillige ouderbijdrage in het primair onderwijs helemaal afgeschaft. "Als de minister kansengelijkheid serieus neemt moet hij ervoor zorgen dat het onderwijs toegankelijk is voor alle kinderen, ongeacht de portemonnee van hun ouders", aldus Marco Frijlink, voorzitter van de VOO (Vereniging Openbaar Onderwijs).
De organisaties die de brief hebben ondertekend zijn: Vereniging Openbaar Onderwijs, Ouders & Onderwijs, Reformatorische Oudervereniging, Voor Werkende Ouders, Oudervereniging Balans, LAKS, VOS/ABB, VO-raad, PO-raad, CNV Onderwijs, AOb, Leerlingenbelang VSO
In de brief geven de organisaties aan dat er stappen nodig zijn om het funderend onderwijs voor alle ouders betaalbaar te houden en extra activiteiten op álle scholen mogelijk te blijven maken. Marco Frijlink, voorzitter Vereniging Openbaar Onderwijs (VOO): “Goed onderwijs moet voor elk kind gelijk toegankelijk zijn, ongeacht de portemonnee van de ouders. Dat was een belangrijke overweging bij de invoering van de Wet gratis schoolboeken en bij de aanscherping van de regels rond de vrijwillige ouderbijdrage. Nu gebeurt juist het tegenovergestelde”.
Digitale leermiddelen gratis maken
De invoering van gratis schoolboeken is inmiddels zo’n vijftien jaar geleden. In het onderwijs worden inmiddels allang niet meer alleen boeken gebruikt. De laatste jaren is er een opmars van digitale leermiddelen, zoals laptops en grafische rekenmachines. Die vallen niet onder deze wetgeving en komen dus vaak voor rekening van ouders. Ouders moeten devices meestal zelf betalen. De regering wilde met de Wet gratis schoolboeken juist bijdragen ‘aan de geleidelijke invoering van kosteloos onderwijs'. Door de opkomst van digitale leermiddelen zijn de kosten voor ouders zijn juist weer opgelopen. Lobke Vlaming, directeur Ouders & Onderwijs: “Omdat goed werkende digitale leermiddelen inmiddels onmisbaar zijn op de meeste scholen, is het een logische stap om de wettelijke definitie van gratis leermiddelen te verruimen”.
Activiteiten onder druk bij scholen met relatief veel armere gezinnen
Naast de kosten voor digitale leermiddelen komen er via de vrijwillige ouderbijdrage nog veel meer kosten op het bordje van ouders te liggen. De initiatiefwet van de Leden Westerveld en Kwint heeft een einde gemaakt aan het uitsluiten van leerlingen wanneer hun ouders de ouderbijdrage niet betalen. Door de nieuwe wet heeft het niet betalen van de ouderbijdrage gelukkig geen gevolgen meer voor de leerling. Dat verlaagt echter in de praktijk de drempel om niet te betalen, zeker bij ouders die toch al steeds moeilijker rond kunnen komen. Scholen met meer leerlingen uit armere gezinnen zien de koopkracht het sterkst teruglopen. Daardoor staan juist voor die leerlingen de extra activiteiten nu onder druk, zo blijkt ook de vele reacties die de organisaties over dit onderwerp krijgen.
Bekostig ouderbijdrage vanuit algemene middelen in primair onderwijs
In het primair onderwijs gaat het bij de vrijwillige ouderbijdrage om relatief kleine bedragen. Marco Frijlink: “Hoewel we ons realiseren dat de overheidsmiddelen op dit moment onder druk staan, pleiten we met het oog op kansengelijkheid sterk voor het afschaffen van de vrijwillige ouderbijdrage, in ieder geval in het primair onderwijs. Dat past ook bij de bredere visie voor een rijke schooldag”. De overheid zou hiervoor dan een klein bedrag per leerling moeten toevoegen aan de bekostiging van scholen.
Bredere discussie over extra activiteiten nodig in voortgezet onderwijs
In het voortgezet onderwijs gaat het om grotere bedragen en een breder pakket van extra activiteiten. Om te beginnen zou het goed zijn om beter zicht te krijgen op de uiteenlopende bedragen die scholen voor voortgezet onderwijs aan ouders vragen en de verschillende typen activiteiten die daarmee worden bekostigd. Lobke Vlaming: “Er zijn ook scholen die ouders vragen bij te dragen aan reizen naar New York of China. Beter zicht op de bestaande situatie maakt het gesprek over de wenselijkheid daarvan mogelijk”.
Ook hier zou ‘de geleidelijke invoering van kosteloos onderwijs’ een goed uitgangspunt zijn. Dat vraagt een bredere discussie over de meer principiële vraag of en in welke mate extra activiteiten zoals excursies, buitenlandse reizen en het onderwijsaanbod van profielscholen tot de kern van het onderwijs behoren. Voor activiteiten die tot de kern van het onderwijs behoren ligt financiering door de overheid voor de hand. De VOO en de andere organisaties roepen de Tweede Kamer op het gesprek hierover met de minister en met het onderwijs nu aan te gaan.
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst