In het voortgezet (speciaal)onderwijs geldt vanaf maandag 5 oktober een dringend advies om buiten de les mondkapjes te dragen. Dit geldt in alle situaties waar de 1,5 meter tussen leerling en docent niet te waarborgen is, zoals op gangen en in aula’s. In klassikale lessituaties waarin leerlingen zitten kan het mondkapje af.
Het dringende advies geldt ook bij beroepsgerichte vakken in het vmbo en de praktijkvakken in het praktijkonderwijs waarbij geen 1,5 meter afstand kan worden gehouden, zolang dit de veiligheid van de lessen niet in gevaar brengt (bijvoorbeeld bij lassen).
Leerlingen met beperking
Bij leerlingen met een beperking en/of zorgbehoefte, die sterk afhankelijk zijn van nabijheid en/of gelaatsuitdrukkingen, is het dragen van een mondkapje niet realistisch, ook niet wanneer de 1,5 meter afstand niet gehanteerd kan worden. Het is aan de schoolleiding in het voortgezet speciaal onderwijs om in overleg met de medezeggenschapsraad te bepalen voor welke leerlingen het dragen van een mondkapje reëel is.
Verplicht
Scholen in het voortgezet onderwijs beslissen zelf of een mondkapje verplicht is. Dit stellen ze vast in het leerlingenstatuut en arbeidsvoorwaarden, waarmee de medezeggenschap moet instemmen.
Het dragen van mondkapjes is nadrukkelijk een aanvulling op de basisregels en geen vervanging daarvan. Het blijft dus van belang om afstand te houden, handen te ontsmetten, in de ellenboog te hoesten en thuis te blijven bij klachten.
Primair onderwijs
Het nieuwe dringende advies geldt niet voor het primair onderwijs, omdat het besmettingsrisico van kinderen in de basisschoolleeftijd aanzienlijk lager is. Voor het primair onderwijs blijft gelden dat 1,5 meter afstand tussen leerling en docent niet nodig is.
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst