Het kabinet investeert bijna €500 miljoen extra in het onderwijs. Er gaat €200 miljoen naar studenten om de gevolgen van de coronacrisis te verzachten. Daarnaast investeert het kabinet €244 miljoen in het basis-, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs om achterstanden in het onderwijs opgelopen door de coronacrisis in te halen.
Financiële tegemoetkoming studenten
Alle studenten die zich komend collegejaar opnieuw moeten inschrijven en tussen september 2020 en eind januari 2021 afstuderen aan het mbo, hbo of hun masterdiploma aan de universiteit halen, krijgen een financiële tegemoetkoming. Alle studenten waarvan in de maanden juli, augustus en september hun recht op basisbeurs of aanvullende beurs afloopt, krijgen eveneens een financiële tegemoetkoming.
Studievertraging
In het mbo, hbo en wo wordt zoveel mogelijk onderwijs op afstand gegeven als gevolg van de maatregelen rondom de coronacrisis. Hiermee wordt alles op alles gezet om studievertraging te voorkomen. Toch blijft vertraging bij studies met stages, coschappen en practica onvermijdelijk. Voor studenten in hun laatste jaar is het ook niet mogelijk om hun achterstand weer in te lopen in de latere jaren van hun opleiding. Daarom krijgen alle studenten die zich komend jaar opnieuw moeten inschrijven en afstuderen tussen september 2020 en eind januari 2021 een bedrag dat neerkomt op ongeveer drie maanden les-, cursus- en collegegeld. Dat betekent voor bbl-student in het mbo €150, voor een bol-student in het mbo €300 en voor een student in het hoger onderwijs €535.
Aanvullende beurs
Ook heeft het kabinet specifiek aandacht voor studenten waarvan het recht op basisbeurs (in mbo-bol) en aanvullende beurs afloopt. Daarom krijgen die studenten waarvan het recht op hun beurs in juli, augustus en september afloopt eenmalig financiële steun. Voor mbo(bol) studenten met een basisbeurs betekent dit €800, ontvangen zij ook een aanvullende beurs krijgen ze €2000. Voor studenten in het hoger onderwijs met een aanvullende beurs is de eenmalige ondersteuning €1500.
Onderwijsachterstanden
Scholen in het basis-, voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs krijgen financiële hulp bij het bieden van hulp en maatwerk voor leerlingen en studenten die door de maatregelen rondom de coronacrisis extra ondersteuning nodig hebben. Het kabinet maakt hiervoor €244 miljoen vrij. Hiermee kunnen aanbieders van voorschoolse educatie en scholen in de periode van de zomervakantie 2020 tot en met de zomervakantie 2021 leerlingen en studenten ondersteunen om zo onverhoopte achterstanden in te lopen door extra programma’s aan te bieden naast de reguliere onderwijstijd. Scholen kunnen ervoor kiezen om dit uit te besteden zoals ook bij zomerscholen niet ongebruikelijk is.
Leerwerkbanen
Het is voor mbo-studenten van groot belang dat er tijdens maar ook na afloop van de coronacrisis voldoende stages en leerwerkbanen zijn. Daarom krijgen bedrijven die leerwerkbanen aanbieden nu een voorschot op hun subsidie. Daarnaast wordt de subsidie voor leerwerkbedrijven in conjunctuur- en contactgevoelige sectoren verhoogd. Zo blijft het voor deze bedrijven ook aantrekkelijk om leerwerkbanen te blijven aanbieden. En er wordt extra geïnvesteerd om zoveel mogelijk bedrijven te overtuigen stages en leerwerkbanen aan te blijven of gaan bieden voor het beroepsgerichte onderwijs. Het kabinet trekt hier €30 miljoen voor uit.
Nieuwkomers
Voor nieuwkomers in het onderwijs is deze tijd extra uitdagend. Omdat zij vaak de Nederlandse taal nog niet goed spreken, is het afstandsonderwijs minder effectief gebleken dan voor leerlingen die de taal wel machtig zijn. Om deze achterstanden aan te pakken stelt het kabinet hiervoor €21 miljoen beschikbaar.
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst