Grote problemen met passend onderwijs: de situatie in het basisonderwijs blijft slecht, in het voortgezet onderwijs is de situatie sterk verslechterd

Twee jaar na de invoering van de Wet passend onderwijs heeft een grote groep leraren (basisonderwijs: 43%, voortgezet onderwijs: 54%) er geen vertrouwen in dat passend onderwijs op hun school in de toekomst een succes gaat worden. De groep leraren die daar wel alle vertrouwen in heeft, is erg klein (basisonderwijs en voortgezet onderwijs: 3%).
Veel leraren geven dan ook aan (basisonderwijs: 42%, voortgezet onderwijs: 57%) dat op hun school de meeste of zelfs alle leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte het moeilijk hebben, ondanks de hulp die zij op school krijgen.

Dat blijkt uit een in juni 2016 verricht onderzoek onder 1.013 leraren in het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs (vmbo, havo, vwo).
Het (representatieve) onderzoek is uitgevoerd door DUO Onderwijsonderzoek, een onafhankelijk onderzoeksbureau.

De stand van zaken twee jaar na de invoering van de Wet passend onderwijs
De Wet passend onderwijs is op 1 augustus 2014 ingevoerd en is in de plaats gekomen van de leerling-gebonden financiering, oftewel het ‘rugzakje’ dat in de praktijk te duur bleek. Twee jaar na de invoering van de Wet passend onderwijs blijkt dat leraren uitermate kritisch tegenover passend onderwijs staan en veel problemen ervaren door de invoering ervan:

• 86% van de leerkrachten PO en 91% van de docenten VO heeft te weinig tijd om leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, goed te helpen (in 2015 resp. 84% en 47%).

• 75% van de leerkrachten PO en 78% van de docenten VO kan minder aandacht besteden aan ‘gewone’ leerlingen, omdat er veel tijd gaat naar de leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben (in 2015 resp. 76% en 42%).

• 66% van de leerkrachten PO en 74% van de docenten VO vindt dat passend onderwijs op hun school ten koste gaat van de aandacht voor de ‘gewone’ leerling (in 2015 resp. 70% en 71%).

• 47% van de leerkrachten PO en 57% van de docenten VO vindt dat veel leerlingen met een individuele ondersteuningsbehoefte tussen wal en schip vallen door passend onderwijs.

• 87% van de leerkrachten PO en 86% van de docenten VO ervaart een hogere werkdruk door de invoering van passend onderwijs (in 2015 resp. 75% en 62%).

Een ruime meerderheid van de leraren (basisonderwijs: 78%, voortgezet onderwijs: 80%) ziet passend onderwijs als een verkapte bezuiniging.

VorigeAantal leerlingen in speciaal onderwijs daalt
VolgendeSchool Hart van Oijen eerste in Top 15 Energiezuinige scholen
Reacties (1)
Gebruiker
Dewi Deesman
2-5-2017

Ik zou graag reageren op bovenstaande. Uit mijn ervaring als moeder en als leerkracht is gebleken dat te grote klassen vaak de oorzaak zijn van het niet kunnen geven van passend onderwijs. Meer leraren trekken en hen een betere CAO bieden lijkt me in dit geval de oplossing. De kinderen moeten eigenlijk gewoon verdeeld worden over meer leraren, en dit mogen ook mannen zijn. Toen ik heel jong was op een basisschool in Amsterdam Oud-Zuid, had ik ook een mannelijke leraar. Altijd heel fijn gevonden.

http://www.instituutschreuder.nl

Laat een reactie achter