Bij montessori-onderwijs gaat het om kinderen die zelf ontdekken en vooral niet om het eindeloos toetsen afvinken. Het begon rond 1907, toen Maria Montessori in Italië bedacht dat het op school best wat vrijer mocht. Geen strakke rijtjes, maar ruimte om te leren zoals je bent. En dat concept is onder andere in Nederland aangeslagen. Nederland heeft nu zo’n 160 basisscholen en ook steeds meer middelbare scholen die werken volgens de montessori methode. Maar wat maakt het montessori onderwijs anders?
Kinderen zitten in groepen met allerlei leeftijden door elkaar, zoals kleintjes van 6 en oudere van 9. Zo zitten bijvoorbeeld in de bovenbouw de groepen 6, 7 en 8 vaak bij elkaar in één klas. Ze werken zelfstandig en kiezen (op basis van een planning) zelf wat ze doen: de een puzzelt met houten blokken om te tellen, de ander spelt woorden met een letterbak. De leraar – zeg maar een soort coach – houdt een oogje in het zeil en helpt als het nodig is. Speciale spullen, zoals kralen of kaartjes, maken alles lekker tastbaar. Het draait om rekenen en taal, maar ook om zelf snappen hoe dingen werken. Montessori is een school waar je leert door te proberen. Nieuwsgierig? Check www.montessori.nl.
Een montessoriklas is iets anders dan een gewone klas. Je kunt de klas zien als een soort werkplaats waar kinderen zelf aan de slag gaan. In plaats van rijen tafels en een leraar die alles bepaalt, vind je in deze klas vaak open kasten vol spullen en kinderen van verschillende leeftijden door elkaar. De kinderen houden zich aan een zelfgemaakte weekplanning. Denk aan een groep met kleintjes van 6 en oudere van 9, die samenwerken of juist alleen.
De klas is een ‘voorbereide omgeving’, met spulletjes zoals kralen om mee te tellen, een letterbak voor woorden, of blokken om mee te bouwen. Kinderen kiezen zelf wat ze doen, zoals een puzzel over breuken of een kaart van Europa. Ze krijgen vrijheid, maar binnen duidelijke regels en een zelfgemaakte planning – geen chaos dus. De leraar, vaak een begeleider genoemd, houdt de boel vooral in de gaten. In plaats van voor de klas staan, loopt die rond, geeft tips of stelt vragen om een kind verder te helpen. Het draait om leren op je eigen tempo, met spullen die het leuk en tastbaar maken. Dat maakt een montessoriklas zo’n beetje anders: een plek waar je zelf ontdekt en zelfstandig aan de slag bent en toch samen bent.
Montessori-onderwijs is niet alleen voor kleintjes op het basisonderwijs, het werkt ook voor oudere kinderen op het voortgezet onderwijs. Ook daar draait het om zelf ontdekken. In Nederland vind je zo’n 160 Montessori basisscholen en ook steeds meer middelbare scholen die deze aanpak gebruiken. Maar hoe ziet dat eruit op verschillende niveaus?
Op de basisschool zitten kinderen in gemengde groepen, zoals 6 tot 9 jaar, of in een samenstelling opgemaakt uit kinderen uit de groepen 6, 7 en 8. Ze kiezen zelf werkjes, zoals tellen met kralen of een verhaal schrijven over piraten. De leraar, meer een coach, houdt een oogje in het zeil en geeft tips. Het gaat om leren op je eigen tempo, met spulletjes die het tastbaar maken, zoals een letterbak of blokken. Dat geeft kinderen de mogelijkheid om zichzelf te ontdekken.
In het voortgezet onderwijs, zoals op een montessori-mavo of -vwo, blijft dat idee overeind, maar dan met pubers in gedachten. Tieners werken (samen of alleen) aan projecten, zoals een presentatie over klimaat, of kiezen wiskunde-opdrachten die bij hen passen. Ze leren sociale vaardigheden zoals plannen en samenwerken, vaak in groepjes. Het is op het voortgezet onderwijs iets minder vrij dan op de basisschool, want examens zijn hier een verplichting. Maar het werkt nog steeds anders: geen docent die alles voorkauwt, maar ook hier weer de nadruk op zoveel mogelijk zelfstandigheid.
Montessori-onderwijs wekt de interesse van kinderen op door ze zelf te laten ontdekken. Het gaat niet alleen om toetsen afvinken, maar ook om nieuwsgierigheid de ruimte te geven.
De klassen bestaan uit kinderen met allerlei leeftijden. De kinderen helpen elkaar en leren daarvan. Een ouder kind legt bijvoorbeeld een jonger kind uit hoe je met kralen telt, en dat blijft plakken. Studies tonen aan dat dit de sociale vaardigheden en zelfvertrouwen een flinke boost geeft. Kinderen kiezen zelf wat ze willen doen, zoals een woordenpuzzel of een tekening van de wereldbol. Dat leert ze hun eigen boontjes doppen, iets waar ze later wat aan hebben. De klas zit vol spulletjes – denk aan blokken of letterkaarten – die leren leuk en interessant maken.
Leraren zijn meer coaches. Ze kijken wat een kind nodig heeft en geven een duwtje in de rug, zodat iedereen op zijn eigen tempo groeit. Montessori is wat dat betreft net een beetje anders: het maakt kinderen zelfstandig en sociaal. En daar hebben ze later ook wat aan.
Binnen het montessori onderwijs kunnen kinderen vaak lekker hun gang gaan, maar dat gebeurt wel binnen bepaalde grenzen. Deze vrije aanpak klinkt misschien leuk, maar past lang niet bij iedereen. Er zijn verschillende hobbels waar je tegenaan kunt lopen binnen dit type onderwijs.
De vrijheid in een montessoriklas vraagt om aardig wat discipline van kinderen. Ze zitten er namelijk niet om alleen te spelen en leuke dingen te doen. Ze kiezen zelf werkjes, maar dat gaat lang niet altijd goed. Zeker als de leraar niet goed oplet, wil het nog weleens gebeuren dat kinderen alleen de leuke dingen doen en daardoor op een achterstand komen te staan. Dat kan betekenen dat ze minder leren dan de kinderen die klassikaal onderwijs volgen. In gemengde groepen, met kleintjes van 6 en oudere van 9, krijgt een oudere leerling niet altijd genoeg tijd voor eigen taken als ze een jongere helpt met letters.
Voor leraren is het ook een klus. Het observeren van elk kind en bijsturen, zoals bij een project over dieren, vraagt veel tijd. Dat maakt de werkdruk hoog, zeker nu leraren schaars zijn. Ouders vinden de betrokkenheid, zoals meedenken over een schoolfeest, soms teveel. En de overstap naar toetsgerichte middelbare scholen? Die kan wennen zijn. Montessori is tof, maar vraagt om kinderen en leraren die met de geboden vrijheid kunnen omgaan.
Vraag en antwoord op veelgestelde vragen over het montessori onderwijs.