De Onderwijsraad brengt vandaag advies uit over het wetsvoorstel modernisering WVO (Wet op het voortgezet onderwijs). De raad vindt het positief dat de wet herzien wordt om deze toegankelijker te maken, maar constateert dat het huidige wetsvoorstel dat doel niet waar maakt. De raad adviseert om de herziening WVO te beperken tot een technische herziening. De raad wijst op onwenselijke en onbedoelde inhoudelijke wijzigingen als gevolg van het huidige wetsvoorstel en adviseert om die uit het voorstel te halen. Ten slotte roept de raad de staatssecretaris op om met de herziening geen regelgeving in te voeren die tot inhoudelijke wijzigingen van het onderwijs in Caribisch Nederland leidt.
Het wetsvoorstel heeft als doel te komen tot “een bruikbare, begrijpelijke en duurzame wetgeving” en bij te dragen aan het verminderen van “het gevoel van regeldruk, veroorzaakt door onbegrepen regels”. De raad vindt het positief dat er groot onderhoud aan de wet wordt gepleegd. De huidige wet is versnipperd en verdeeld over meerdere, niet altijd logisch op elkaar volgende hoofdstukken. De raad vraagt zich af of gebruikers met dit voorstel ook daadwerkelijk meer gebruiksgemak zullen ervaren. Ook wordt de relatie tussen gebruiksgemak en ervaren regeldruk, die de wet veronderstelt, niet voldoende waargemaakt.
De raad constateert dat een aantal taalkundige aanpassingen kan leiden tot wijzigingen in de inhoudelijke betekenis van begrippen en bepalingen, waardoor interpretatieverschillen kunnen optreden. Hoewel taalkundige aanpassingen in wetteksten onvermijdelijk zijn, bestaat het risico dat een rechter er een andere betekenis aan gaat geven. Dit maakt de wet kwetsbaar en is bovendien onwenselijk voor de rechtszekerheid voor betrokkenen: zij moeten erop kunnen vertrouwen dat de voorgestelde herziening louter een technische operatie betreft en geen wijzigingen omvat die voor hun rechtspositie van invloed zijn .
Door de integrale toepassing van de voorgestelde WVO op Caribisch Nederland zullen bepaalde voorschriften die eerder voor deze landen niet golden, nu mogelijk wel van toepassing worden. Mocht het nog op te stellen Uitvoeringsbesluit ook (integraal) van toepassing worden verklaard op Caribisch Nederland, dan zouden deze bepalingen namelijk direct na invoering van het wetsvoorstel ook gaan gelden voor Caribisch Nederland. Dat past niet bij een operatie die primair gericht is op een ‘technische’ herschikking.
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst