Moet een student zelf een koksmes of kappersschaar kopen, of kan de student daarvoor bij de onderwijsinstelling terecht? Dit soort vragen behoren voortaan tot het verleden. MBO-instellingen stellen aan studenten dit type middelen ter beschikking die nodig zijn om onderwijs te volgen, examens te doen en zo het diploma te behalen. Deze spullen blijven eigendom van de onderwijsinstellingen. Dat is de uitkomst van overleg tussen JOB, de MBO Raad en het ministerie van Onderwijs. Onderwijsbenodigdheden die het eigendom zijn van studenten, zoals boeken en een laptop, schaffen studenten in principe zelf aan. Door deze uitkomst komt er voor iedereen helderheid over schoolkosten in het mbo. Studenten weten voortaan waar ze aan toe zijn en onderwijsinstellingen weten wat er van hen verwacht wordt.
Minister van Onderwijs Van Engelshoven reageert verheugd: “Het is goed dat er duidelijkheid is. Want door die duidelijkheid maken we het mbo nog toegankelijker. Iedereen moet onderwijs kunnen volgen. Ook als je portemonnee minder goed gevuld is.”
Ton Heerts, voorzitter van de MBO Raad: “Deze afspraken zijn een aanvulling op de acties die scholen jaarlijks al ondernemen met de studentenraden om de schoolkosten voor iedereen steeds zo laag mogelijk te houden. Als student mag je nog steeds je eigen benodigdheden aanschaffen, van koksmessen tot specifieke licenties voor creatieve opleidingen. Wil je dat niet, dan helpt de school je.”
Timon van Engen, voorzitter JOB: “JOB is erg blij met de overeenkomst waarin scholen de verantwoordelijkheid nemen voor de lesmaterialen die de student nodig heeft om zijn opleiding te volgen. Dit maakt het mbo toegankelijker. Iedereen zou moeten kunnen studeren en geld zou daarbij geen rol mogen spelen.”
Ook tijdens stage
De benodigdheden die een student tijdens een stage nodig heeft, worden in een leerbedrijf beschikbaar gesteld aan de student. Het leerbedrijf heeft vaak al veel gereedschap en dergelijke liggen. Mocht dat niet zo zijn, dan gaan het leerbedrijf, de onderwijsinstelling en de student in gesprek. Komen ze er niet uit, dan is de school verantwoordelijk om de student te begeleiden naar een andere stageplek.
Laptop en boeken
Daarnaast blijven er onderwijsbenodigdheden die de student zelf moet aanschaffen. Die spullen zijn eigendom van de student. Welke benodigdheden dat precies zijn is afhankelijk van de opleiding, maar hier vallen bijvoorbeeld een laptop en boeken onder. Het is belangrijk dat studenten niet op kosten worden gejaagd. Daarom bepalen onderwijsinstellingen samen met de studentenraad welke spullen nodig zijn. Dat kan en mag betekenen dat er verschillen zijn tussen mbo’s. De student kiest zelf waar hij de benodigdheden koopt. Studenten mogen niet onder druk gezet voelen om toch extra benodigdheden te kopen.
Voor sommige gezinnen zijn de kosten van deze onderwijsbenodigdheden te hoog. Daarom hebben onderwijsinstellingen voor minima-gezinnen een apart potje. Daardoor is het voor studenten financieel altijd mogelijk om een opleiding te volgen.
Bovendien hebben JOB, de MBO Raad en het ministerie van OCW nog eens bevestigd dat evenementen die geld kosten geen verplicht onderdeel mogen zijn van de opleiding. Bijvoorbeeld een excursie waarvoor kosten gerekend worden.
Periodieke evaluatie
Onderwijsinstellingen kijken periodiek of alle benodigdheden nog wel echt nodig zijn. Zij passen de lijsten wat studenten nodig hebben daarop aan. Zo wordt voorkomen dat studenten zaken moeten aanschaffen die ze niet gebruiken.
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst