Gemeenten pasten in de afgelopen 5 jaar regelmatig speelplekken aan vanwege geluidsoverlast door spelende kinderen. Dat blijkt uit onderzoek van Pointer (KRO-NCRV). In sommige gevallen ging het om ingrijpende veranderingen, zoals het verwijderen van toestellen of zelfs hele speelplaatsen.
Pointer verspreidde een vragenlijst onder alle 342 gemeenten in Nederland. De lijst werd door 210 gemeenten ingevuld. Van de 210 gemeenten, gaven er 56 aan in de afgelopen 5 jaar tenminste één speelplaats te hebben aangepast vanwege geluidsoverlast door buiten spelende kinderen.
Verdwijnende speeltoestellen
Sommige aanpassingen die de gemeenten deden, hebben directe invloed op het speelgedrag van kinderen. Zo vervingen 12 van de 56 gemeenten tenminste één keer in de afgelopen 5 jaar een toestel waarop kinderen veel geluid maken door een toestel waarop kinderen minder geluid maken. Daarnaast verwijderden 13 gemeenten één of meerdere toestellen helemaal.
Gerben Helleman, stadsgeograaf en onderzoeker bij De Haagse Hogeschool, bestudeert het gebruik van de openbare ruimte en hoe kinderen die als speelruimte ervaren. Hij herkent de resultaten van Pointer. Hij ziet dat in sommige casussen specifieke toestellen als kabelbanen, draaitoestellen en grote nestschommels verdwijnen vanwege geluidsoverlast. “Maar als ik met kinderen van 10 of 11 jaar praat, geven zij aan dat dit juist de uitdagende speeltoestellen zijn waar ze samen op kunnen spelen en die ze interessant vinden”, zegt Helleman. “Als dat soort speelelementen verdwijnen, dan verlies je precies de groep die zo vaak achter een schermpje zit en die je juist wil laten buitenspelen.”
Ook het verplaatsen van speeltoestellen naar een andere plek in de wijk of gemeente, wat twee reagerende gemeenten deden, kan volgens Helleman impact hebben op de speelervaring van kinderen. “Het is nog maar de vraag of alle kinderen daar dan kunnen spelen. Wanneer ze bijvoorbeeld een drukke verkeersweg moeten oversteken, bestaat de kans dat ze hier niet naartoe mogen van hun ouders.”
Aanpassingen aan hele speelplaats
Naast het vervangen, verwijderen en verplaatsen van toestellen, kwamen ook ingrijpende aanpassingen aan volledige speelplaatsen voor bij de 56 gemeenten. Zo verplaatsten 6 gemeenten in de afgelopen 5 jaar weleens een speelplaats in zijn geheel. Het verkleinen of deels afsluiten van een speelplaats kwam bij 3 gemeenten voor. Ook deden 2 gemeenten een totale herinrichting en zelfs het afsluiten of in zijn geheel verwijderen van speelplaatsen kwam voor, bij 4 van de 56 gemeenten.
Vanuit het kinderperspectief zijn dit soort veranderingen volgens Helleman kwalijk. “Buitenspelen is belangrijk voor de gezondheid en motorische en sociale ontwikkeling van kinderen. Uit meerdere onderzoeken blijkt echter dat kinderen steeds minder buitenspelen”, zegt hij. De toenemende druk op de openbare ruimte noemt hij als een van de oorzaken daarvan. “De huidige discussie over het geluidsniveau van spelende kinderen past binnen die strijd om de beperkte openbare ruimte met verschillende belangen en wensen. Er zijn mensen die zeggen dat ze recht op rust hebben en er zijn mensen die zeggen dat ze recht op spel en vermaak hebben.”
Overleg en kleinere aanpassingen
Gemeenten bevestigen in de vragenlijst van Pointer dat deze discussie speelt. Zo schrijft één van hen: “Als gemeente wil je voor iedereen een fijne woonomgeving creëren. Dat is niet altijd gemakkelijk als wensen en belangen uit elkaar liggen. Door met bewoners in gesprek te gaan, proberen we tot een oplossing te komen die voor de meeste bewoners voldoet. Dit betekent soms wel dat niet iedereen tevreden is met de oplossing of nog steeds overlast ervaart.”
Helleman pleit ervoor om vooral te zoeken naar oplossingen waarbij de speelkwaliteit en speelwaarde van een plek intact blijft. Dat kan bijvoorbeeld het vervangen van een toestel door een stillere variant zijn, het aanleggen van een geluidsdempende ondergrond of het plaatsen van beplanting. Veel gemeenten doen dat volgens het onderzoek van KRO-NCRV’s Pointer ook al. De onderzoeker beveelt gemeenten daarnaast aan geen overhaaste beslissingen te nemen. “Als ik gemeenten een tip zou mogen geven bij dit soort casussen, zou het zijn om eerst goed inzicht te krijgen in de specifieke situatie”, zegt hij. “Dat kan alleen door naar alle bewoners te luisteren, niet alleen naar de mensen die het hardst schreeuwen en de weg weten te vinden naar de gemeenteraad. Probeer alle omwonenden te betrekken, dus ook de stille meerderheid én zeker de kinderen. Die gesprekken kunnen misschien al leiden tot meer inzichten over gezamenlijke oplossingsrichtingen.”
Pointer, donderdag 16 mei om 20:25 uur bij KRO-NCRV op NPO 2
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst