De Nederlandse wetenschap behoort tot de wereldtop. Deze geweldige prestatie is te danken aan de dagelijkse inzet van onderzoekers. De keerzijde van deze medaille wordt wel steeds zichtbaarder. De aanhoudende groei van studentenaantallen, de daarbij achterblijvende publieke bekostiging en de competitie om onderzoeksfinanciering hebben gezorgd voor een enorme druk op de wetenschap. Op verzoek van minister Van Engelshoven (OCW) treffen de VSNU en NWO nu gezamenlijke maatregelen om de druk op de wetenschap te verlagen. Deze maatregelen zijn gericht op de korte en middellange termijn. Het op langere termijn oplossen van deze structurele knelpunten vereist extra middelen en meer continuïteit in de wetenschapsfinanciering vanuit de overheid.
Wat een zeer robuust bouwwerk was, is nu een systeem geworden dat piept en kraakt. De werkdruk is hoog en het financieringsmodel werkt dit verder in de hand. Omdat de financieringsstromen zo vervlochten zijn geraakt, kan een oplossing ergens in het systeem een probleem elders veroorzaken of versterken. Deze situatie vereist dat NWO en de VSNU gezamenlijke en samenhangende maatregelen nemen om grote schokken en verschuivingen van knelpunten te voorkomen. Op korte termijn hebben deze voorgenomen maatregelen tot doel om de aanvraagdruk verder te verminderen en op middellange termijn om breder te kijken naar de kennis en kunde van wetenschappers. Eind januari 2020 verschijnt het advies van de commissie-Weckhuysen. Aan de hand daarvan zullen NWO en de samenwerkende universiteiten nader bepalen welke mogelijkheden er zijn om de balans tussen de eerste en tweede geldstroom te verbeteren.
Maatregelen om de aanvraagdruk te reduceren en te beheersen
Wetenschappers besteden veel tijd aan het schrijven van onderzoeksvoorstellen, maar hebben een kleine kans op succes. Tijd die ze hadden kunnen besteden aan het doen van onderzoek. De maatregelen die NWO, na een brede consultatie, eind 2017 invoerde om de aanvraagdruk te verminderen, hebben effect gehad. Sindsdien hebben zich wel nieuwe ontwikkelingen voorgedaan, zoals de invoering van de NWA. Daarbij konden veel aanvragen niet gehonoreerd worden. Aanvullende maatregelen zijn daarom nu nodig, zowel van NWO als van de universiteiten zelf. Universiteiten zien de hoge aanvraagdruk als een groot probleem dat zij vanuit hun verantwoordelijkheid als goede werkgevers willen oplossen. In bevorderingscriteria zullen ze minder belang hechten aan het aanvragen en verkrijgen van onderzoeksfinanciering. Jonge onderzoekers krijgen meer ruimte voor ontwikkeling (o.a. vrijstelling van aanvragen) en de universitaire Research Support Services worden versterkt in hun adviserende rol bij het indienen van aanvragen. NWO zal een mix van aanvullende maatregelen invoeren ter verlaging van de aanvraagdruk, zoals aanvragen zonder deadline, het invoeren van her-indiening met restricties en vereenvoudiging van aanvraagprocedures en verbeteren van de communicatie daarover. De uiteindelijke keuze van maatregelen wordt medebepaald door de aard van het NWO-instrument en afgestemd met de universiteiten. Tot slot onderzoeken NWO en de universiteiten of en hoe een slimme, gefaseerde invoering van quotering de aanvraagdruk kan reduceren in combinatie met vormen van voorselectie aan de universiteiten. Een vereiste is dat de werkzaamheden van een selectieprocedure niet verschuiven van NWO naar de universiteiten en dat er daadwerkelijk lastenverlichting voor onderzoekers plaatsvindt.
Werkdruk verlagen door diversificatie van loopbaanbeleid
Op middellange termijn moet de werkdruk afnemen door meer ruimte te geven aan diversificatie en het dynamiseren van loopbaanpaden. In de beoordeling van wetenschappers komt de nadruk minder te liggen op kwantiteit (zoals aantal publicaties) en sterker op kwaliteit, inhoud, wetenschappelijke integriteit, creativiteit, onderwijs, impact en leiderschap. Meer aandacht en waardering voor de kwaliteit van een onderzoeksvoorstel zal helpen het aantal aanvragen te verminderen. Deze maatregelen passen binnen het onlangs door een brede coalitie (VSNU, NWO, KNAW, NFU en ZonMw) bekendgemaakte position paper ‘Ruimte voor ieders talent’ om te komen tot een nieuwe balans in het erkennen en waarderen van wetenschappers.
De wetenschap is gebaat bij stabiliteit. NWO en de universiteiten zullen bij de genoemde maatregelen vooraf een goede analyse van de verwachte impact maken, een doordachte mix van acties per instrument en wetenschapsdomein invoeren en dit continu monitoren met periodieke evaluaties. Daarbij blijft een structurele verlaging van de druk op de wetenschap in sterke mate afhankelijk van ruimere publieke financiering.
Er zijn bij dit artikel nog geen reacties geplaatst